Beeld

Review: BenQ W7500 projector

De W7500 zit in dezelfde behuizing als zijn voorganger, de W7000. Een glossy zwarte cover en donkergrijze zijwanden, het ziet er degelijk uit maar tegelijk een beetje saai.

Benq W7500

Bij de aansluitingen vinden we alle standaard voorzieningen. Twee HDMI-aansluitingen, een maal component video, s-video en composiet video, een 12V-trigger, en een RS-232c aansluiting en een mini-USB aansluiting voor besturing. De USB-aansluiting is dus niet bedoeld voor media.

,

Deze DLP-projector is behoorlijk uitgerust om de opstelling zo flexibel mogelijk te houden al moet hij de meeste concurrenten voor laten gaan in dit opzicht. Naast een degelijke zoomlens is vooral de lensshift erg welkom. Die bedien je met een kleine, handige pook vooraan naast de lens. Verticaal kan je erg ver shiften, horizontaal is de ruimte wat beperkter. Vooral als je veel verticale lensshift nodig hebt vermindert de horizontale speelruimte snel. Dat is op alle projectoren het geval, maar op de BenQ is het erg uitgesproken. Wie veel verticale shift nodig heeft stelt de projector horizontaal best zo veel mogelijk in het midden op.

Benq W7500

De projector moet ook verder van het scherm staan dan de concurrenten. De throwratio van de lens vereist 3,6 m afstand voor een 100 inch beeld. De meeste andere projectoren hebben aan drie meter voldoende.

Een belangrijk aandachtspunt is het ventilatorlawaai. De BenQ scoort daar erg slecht. Met de lamp in de hoogste stand vonden het lawaai hinderlijk, en zelfs in de economic-stand produceert de projector te veel lawaai naar onze zin. Voorzie de zitplaatsen daarom zo ver mogelijk van de projector, of voorzie een lawaaidempende constructie.

,

Projectoren komen ondanks hun relatief eenvoudige featureset meestal met een vrij grote remote, en de BenQ is geen uitzondering. Enigszins verrassend is de remote uitgevoerd in wit, een opvallende keuze bij de zwarte projector. De toetsen zijn eerder klein, maar dat levert een aangename, ruime layout op.

Benq W7500 remote

De menu’s zijn prima georganiseerd. De BenQ beschikt overigens over twee ISF (Imaging Science Foundation) modes, en levert alle nodige mogelijkheden voor een perfecte kalibratie.

,

De projector kon ons niet echt overtuigen op vlak van beeldverwerking. In bijna geen enkele test reed hij een foutloos parcours. Deinterlacing laat je best aan de bronapparaten over, zorg er dus voor dat die waar mogelijk 1080p output leveren. Kan dat niet en moet de projector die taak opnemen is het best mogelijk dat je regelmatig wat gekartelde randen ziet. Film-en video framerates herkennen is ook niet zijn sterkste kant, wat dan soms weer tot moiré-patronen leidt. Gelukkig herkent hij wel probleemloos 24 fps, de belangrijkste film framerate. Daardoor blijven de problemen beperkt.

Bij de scherpte-instelling zal je hoe dan ook een compromis moeten maken. In de stand ‘0’ is het beeld wat te zacht, in stand ‘1’ is het helaas iets te scherp. Uiteindelijk kozen we toch voor stand ‘1’ als beste oplossing. In de gevorderde instellingen vind je ook nog een ‘detail enhancement’ maar de impact daarvan was erg beperkt.

Ruis wegwerken doet de BenQ wel uitstekend, zolang het willekeurige ruis is. Compressieruis wordt maar matig aangepakt. Een van de beste resultaten zagen we bij ‘frame interpolation’. Die instelling zorgt voor vloeiende pan-beelden en daar slaagt de projector prima in. In de hoogste instelling zijn zo goed als alle schokken weg, zonder dat je er irritante beeld-artefacten moet bijnemen. Alleen jammer dat je geen verbetering hebt van de bewegingsscherpte. Die blijft erg matig, zodat snel bewegende objecten steevast een wazige rand hebben.

,

Met lichtopbrengst zal deze projector zelden een probleem hebben. De 2.000 lumen uit de specificatie worden zelfs in de ‘Cinema’ preset maar afgezwakt tot ongeveer 1.500 lumen. Dat is ruim voldoende voor eender welk scherm, zelfs bij een beetje omgevingslicht. Maar helaas zit aan deze fabuleuze hoeveelheid licht ook een nadeel. De projector heeft namelijk veruit de zwakste zwartwaarde. Toch zit het resulterende contrast nog rond de 2.000:1 zodat de beelden voldoende dynamiek hebben. De zwartwaarde wordt wel verbeterd door de dynamische iris. Die zie je enkel in uitzonderlijke gevallen zijn werk doen, maar je hoort hem wel erg actief op de achtergrond.

Er ontbreekt een kleine hoeveelheid zwartdetail. Dat verbeter je door in de menu’s de gamma-waarde in te stellen op 2,2 in plaats van 2,4. Na die aanpassing vonden we de beelden iets te flets, dus kozen we toch terug voor 2,4.

Het kleurbereik van de projector is goed, enkel rood (en dus ook magenta en geel) zijn te sterk gesatureerd en daardoor erg fel. De grijsschaal toont dan weer een duidelijk tekort aan rood, zodat de beelden iets te koel lijken. Bij DLP-projectoren kan je ook gebruik maken van een ‘Brilliant Color’ instelling. Alhoewel we die meestal deactiveren, leek het ons beter om ze op deze projector aan te laten. Wanneer we ze uitschakelden werd de grijsschaal beduidend slechter door een overwegende groene tint. Bovendien geeft het de beelden iets meer punch als je Brilliant Color aan laat staan.

,

Deze projector beschikt over een PiP-functie (Picture in Picture). Je toont dan twee bronnen tegelijk, de tweede bron verschijnt dan als een klein venster in een van de hoeken van het beeld. Als één bron HDMI gebruikt, moet de tweede bron helaas een component of composiet video ingang zijn. 3D-liefhebbers opgelet, de projector wordt standaard zonder brillen geleverd.

De BenQ is zonder enige twijfel de helderste projector in dit dossier. Gezien de zwakke zwartwaarde raden we hem niet aan in een echt Home Theater. We zien hem vooral dienst doen bij wat omgevingslicht, voor kijkt naar overwegend heldere content, zoals sport. De kalibratie kan iets beter, maar volstaat wel in die omstandigheden.

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.