Redactie

Test: Monitor Audio Gold 300

Monitor Audio is al een tijdje bezig met een indrukwekkende vernieuwingsoperatie van zijn voornaamste luidsprekerlijnen. Een tijdje geleden luisterden we naar de Bronze 5 (hier getest), een betaalbare vloerstaander die zeker niet slecht presteerde.

We kregen van die test er meteen honger van om het wat hoger in het assortiment te zoeken bij de Britten. Voor deze test springen we over de Silver-reeks heen – volgens velen bij MA de perfecte mix van prijs/kwaliteit – en riepen we de Gold 300 binnen.

Om het even te situeren: de Gold-familie is niet het summum bij het Britse merk, dat is de Platinum-reeks die door Monitor Audio tegenover toppers als Bowers & Wilkins 800-lijn of Dali’s Epicon wordt geplaatst.

De Platinum-lijn werd overigens op CES 2016 ook vernieuwd, meteen het sluitstuk op de grote updategolf van Monitor Audio. Binnenkort ontvangen we ook deze Platinum II op bezoek, maar eerst toch even luisteren naar de Gold 300. Het is een vloerstaander die je gerust full-size mag noemen en die binnen de Gold-familie het absolute topmodel is.

,

Waar je bij de Bronze-familie nog kan stellen dat de bouwkwaliteit goed is zonder heel spannend te worden, gaan de Gold-speakers echt voor een piek jne afwerking. Wil je echt jezelf verwennen, dan kun je tegen een zekere meerprijs opteren voor de Piano Ebony-behuizing.

Maar de ‘gewone’ zwarte uitvoering die wij op bezoek kregen, maakte al genoeg indruk. Meer moet het niet zijn. De mooie laklaag, de aluminium ringen rond de drivers en de afgeronde hoeken aan de kast geven een enorme luxe-uitstraling aan de speaker.

Hij is niet klein – 1,06 meter hoog, 33 cm diep en 27 kg zwaar – en door de meegeleverde bodemplaat in V-vorm is zijn voetafdruk best wel stevig. Geen luidspreker om ergens in een hoekje in een klein kamertje te parkeren dus, maar dat is ook niet echt de bedoeling. Wie het kleiner wil (en daar zijn klanktechnische redenen voor, met name in het laag) loert beter naar de Gold 200.

Zoals iedereen levert Monitor Audio grilles mee, maar ik zou die gewoon ingepakt in de doos laten. Door de aluminium ringen rond de drivers en het opmerkelijke ‘bolletjespatroon’ (in feite kleine kuiltjes) op de C-CAM- conussen van de midrange-driver en de twee woofers is het veel leuker om de Gold 300 naakt te laten.

C-CAM is trouwens typisch een Monitor Audio-materiaal, een rigide mengeling van aluminium en magnesium met een ceramische laag die niet vervormt onder belasting. Monitor Audio is al twintig jaar bezig met dit materiaal, dus ze lijken wel overtuigd door de voordelen ervan.

In elk geval, ga je toch voor de grilles, dan is het handig dat ze magnetisch bevestigd zijn. Maar laat ze toch maar in de doos.

,

Als hoogste in rang is de 300 uitgerust met de ruimste driverconfiguratie van de Gold-familie. Dat wil zeggen twee 6,5-inch bassdrivers, een 4-inch midrangedriver en dan een tweeter.

Een tweeter? Neen, daar doet Monitor Audio niet aan mee. Het Britse merk heeft iets met lint-transducers. Het zal wel iets met de bijzondere brede horizontale uitstraling van deze technologie te maken hebben, maar eveneens met de bijzondere goede reactiekarakteristieken van de ribbon die Monitor Audio toepast.

Het is dankzij deze transducer dat de Gold 300 een hele brede frequentiebereik in het hoog kan produceren, tot 60 kHz. Aangezien we geen springmuis zijn, kunnen we die ultrasone frequenties uiteraard niet horen. Maar de extra ‘headroom’ die er is, zorgt voor een beter gedrag – lees: minder kans op vervorming – op frequenties die we wel kunnen waarnemen.

Ook de laagprestaties zien er op papier goed uit. Die twee woofers krijgen trouwens de hulp van een baspoort aan de achterkant, waardoor de afstand tot de muur wel relevant is. Voor praktische redenen parkeer ik hem op een ruime 43 cm van de muur. Moet het dichter en klinken de bassen te veel door, dan is er nog de optie van de dempende plug die Monitor Audio meelevert.

,

Onder een licht argwanend oog van de Belgische importeur Transtel-Sabima koppelde ik de Gold 300’s met een Marantz PM11S2, met als bron een NA8005. Gewoon single-wire, hoewel de Gold wel op bi-wiring en bi-amping voorzien is.

Wellicht was een Audio Analogue een diplomatischere versterkerkeuze geweest – wegens ook door Transtel gei¨mporteerd – maar daar was geen tijd voor en de PM11S2 is wat mij betreft een topversterker in zijn klasse. Spelen maar!

De weergave van ‘Bend in the road’ van Calexico is meteen een van de beste dat ik ooit hoorde. De basdrum die de sfeer zet in het begin van het lied gaat diep en de percussie klinkt onwaarschijnlijk echt. Niets artificieel aan, het lijkt wel alsof de drumkit er staat. Het komt niet uit een hoekje, maar je kunt de drums heel goed verder naar achter op het podium plaatsen, terwijl zanger Joey Burns met zijn onderkoelde stem dichter bij je staat. De harmonica van Mickey Raphael – bekend van zijn werk met U2, Bob Dylan en Willie Nelson – komt sterk naar voren, wat meteen een sterk punt van de Gold 300 belicht: het hoog en hoger-midden.

Wie een warme, wat donkere speaker gewoon is, zal hier even aan moeten wennen, misschien. Ik vind het net de soort speaker die een luisteraar op zaken wijst die hij voorheen niet hoorde, ideaal om vertrouwde muziek te herontdekken.

De Gold 300 blijkt ook een fijne speaker om de nieuwe hi-resrelease van Oxygene van Jean-Michel Jarre in de kijker te zetten. Het is echt zwemmen in een zee van elektronica, zeker ‘pt.1’, iets dat niet met een goedkopere speaker altijd lukt. Dit nummer komt echt los van deze Monitor Audio en omringt je helemaal.

Dat ‘loskomen’ van de speaker heb ik wat minder bij het mooie ‘Laika’ van de Belgische Mira, maar de Gold 300 toont wel dat het probleemloos omgaat met de percussie die een strak stop/start-ritme speelt. Mira’s stem klinkt zo natuurlijk dat de zangeres voor je lijkt te staan, iets dat ik eveneens ervaar bij het mooie (maar tragische, google de naam ‘David Milgaard’ maar) ‘Wheat Kings’ van de Tragically Hip. Het gepluk van de akoestische gitaar aan e´e´n kant, soms heel prominent naar voren gebracht, de ritmegitaar aan de andere kant, de stem van Gordon Downie in het midden. Knap! Sinds mijn studentendagen draai ik dit nummer grijs, maar toch blijf ik nu met plezier nog eens echt luisteren.

Wat een plezier ook om de prachtige ‘Tangata’ van Sexteto Tanguedia te herbeluisteren, je zou er spontaan tangolessen voor nemen. Op dramatische wijze gaat de viool hier rond minuut negen spectaculair hoog, maar de Gold 300 laat zich niet verleiden tot sissende klanken. De ribbon-tweeter bewijst wat het kan, geen vervorming.

Zoals je zou verwachten van een vloerstaander van deze grootte is de Gold 300 een speaker die goed aangedreven moet worden en met durf voor wat volume gespeeld moet worden. Met een papieren gevoeligheid van 90 dB is hij niet de allerlastige om aan te drijven, maar voorzie toch wat vermogen. Aan een lage volume klinkt hij goed, maar de kans is groot dat je wat gefixeerd raakt op geluiden in het hoog als hi-hats, violen en dergelijke.

,

Voor veel mensen is 4.000 euro een serieuze uitgave. Je kunt natuurlijk veel, ve´e´l hoger met luidsprekers, maar op dit prijspunt zullen velen niet onterecht al topprestaties eisen.

Zijn dit speakers die waarmee je voor de rest van je leven gelukkig zal zijn? Het antwoord is: “Ja”, zeker als je houdt van een klank die niet overdreven gekleurd is maar waar wel veel leven in zit.

De Gold 300 zit op alle fronten goed, waarbij je wel rekening moet houden dat hij in kleinere ruimtes (of bij plaatsing dicht bij een muur) misschien iets te sterk uit de hoek zal komen qua het laag. Heb je de plaats om deze e´e´n meter hoge jongens een plaats te geven, dan moet je niet twijfelen.

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.